verzekeringsfraudeHet aantal gepakte verzekeringsfraudeurs is flink toegenomen. In 2015 hebben verzekeraars 8.336 gevallen van verzekeringsfraude ontdekt: ruim zeven procent meer dan in 2014. Met deze fraude is in totaal een bedrag van 79 miljoen euro gemoeid.

Verzekeringsfraude leidt tot onterechte uitkeringen, waardoor andere verzekerden onnodig meer premie betalen. Om verzekeringsfraudeurs harder aan te pakken en fraude te ontmoedigen, heeft het Verbond van Verzekeraars een nieuw lik-op-stukbeleid geïntroduceerd. Wat houdt dit beleid in?

Verzekeringsfraude

Er zijn twee vormen van verzekeringsfraude: fraude bij het aanvragen van een verzekering en fraude bij het melden van schade. Het nieuwe lik-op-stukbeleid ziet op laatstgenoemde vorm van fraude.

In het eerste geval geeft de fraudeur een onjuiste voorstelling van de feiten, om de verzekeraar ertoe te bewegen de verzekering onder bepaalde (gunstigere) voorwaarden en tegen een bepaalde (lagere) premie te accepteren. In het tweede geval geeft de verzekerde onjuiste informatie aan de verzekeraar, om op die manier een (hogere) uitkering te krijgen. Zo zijn er jaren geweest waarin er bij de gezamenlijke reisverzekeraars meer Ray-Ban zonnebrillen zijn gedeclareerd dan er in totaal zijn verkocht. 

Het nieuwe lik-op-stukbeleid

Het nieuwe lik-op-stukbeleid houdt in dat de verzekeringsfraudeur direct en langs de civielrechtelijke weg aansprakelijk wordt gesteld voor deze fraude. Een dergelijke directe aansprakelijkstelling is in het verleden al een succesvolle manier gebleken om winkeldiefstallen tegen te gaan. De verzekeringsfraude levert immers een onrechtmatige daad op (art. 6:162 BW) en dit heeft schadeplichtigheid van de fraudeur tot gevolg. Zodra de verzekeraar het vermoeden heeft dat een verzekerde fraude heeft gepleegd, volgen er vier stappen:

  • Stap 1: de verzekeraar stelt de verzekeringsfraude vast. Daarvoor is nodig dat de verzekeraar aantoont dat bij de verzekerde sprake was van opzet tot misleiding (art. 7:941 lid 5 BW);
  • Stap 2: de verzekeraar stuurt de verzekerde een schriftelijke kennisgeving van de aansprakelijkstelling, waarin hij vermeldt dat de verzekeraar de vordering tot schadevergoeding uit handen geeft aan de Service Organisatie Directe Aansprakelijkstelling (SODA). De SODA staat op haar beurt onder toezicht van de stichting Directe Aansprakelijkstelling Aan Daders (DAAD). DAAD is een onafhankelijke landelijke stichting die onder toezicht van VNO-NCW/MKB-Nederland, het Verbond van Verzekeraars, de politie en het ministerie van Veiligheid en Justitie tot stand is gekomen en die de kwaliteit van de organisaties die directe aansprakelijkstelling uitvoeren, zoals de SODA, bewaakt;
  • Stap 3: de SODA stelt de verzekerde formeel aansprakelijk en stuurt hem de aansprakelijkstelling, inclusief acceptgiro en betaalinstructies;
  • Stap 4: nadat de verzekerde het schadebedrag heeft betaald, ontvangt deze een verklaring dat het incassotraject is afgerond. Binnen drie maanden verwijdert SODA vervolgens de persoonsgegevens van verzekerde uit het systeem.

De verzekerde die het oneens is met de uitvoering van de aansprakelijkstelling door de SODA, kan eerst in overleg treden met de SODA. Mocht dat niet tot een oplossing leiden, dan kan de verzekerde gebruik maken van de klachtenregeling van DAAD.

Hoogte van de schadevergoeding: minimaal € 532,-

Omdat verzekeringsfraude een onrechtmatige daad betreft, bestaat voor de fraudeur een wettelijke verplichting tot schadevergoeding. Deze schade bestaat in de eerste plaats uit de vermogensschade die de verzekeraar heeft geleden vanwege de ten onrechte gedane uitkering. De onterecht uitgekeerde bedragen kunnen daarmee door de SODA van de verzekerde worden teruggevorderd. Daar bovenop komen de redelijke kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid en de redelijke kosten ter verkrijging van voldoening buiten rechte voor vergoeding in aanmerking. Onder de eerste post vallen de onderzoekskosten die de verzekeraar heeft moeten maken om de fraude vast te stellen; onder de tweede post vallen de kosten die gemoeid zijn met het inschakelen van de SODA.

Sinds de invoering van het nieuwe lik-op-stukbeleid hanteren verzekeraars voor beide posten tezamen een standaard schadevergoeding van € 532,-. Dit bedrag zou corresponderen met de helft van de gemiddeld daadwerkelijk gemaakte kosten vanwege een frauduleuze claim.

Een positieve ontwikkeling?

Het is even afwachten of dit lik-op-stukbeleid in de praktijk daadwerkelijk het beoogde afschrikwekkend effect op potentiële fraudeurs zal hebben. In ieder geval wordt met een standaardbedrag van € 532,- aan schadevergoeding, bovenop de terugvordering van de ten onrechte gedane uitkering een duidelijk signaal afgegeven aan verzekerden: fraude wordt direct bestraft.